Daily Jewish Prayers APP
Gebed, als een ‘dienst van het hart’, is in principe een op de Thora gebaseerd gebod. Het is verplicht voor Joodse vrouwen en mannen. De rabbijnse eis om een specifieke gebedstekst te reciteren maakt echter wel onderscheid tussen mannen en vrouwen: Joodse mannen zijn verplicht om elke dag drie gebeden te reciteren binnen een specifiek tijdsbestek (zmanim), terwijl vrouwen volgens veel benaderingen slechts één keer hoeven te bidden. of twee keer per dag, en het is mogelijk dat er niet van wordt verlangd dat er een specifieke tekst wordt gereciteerd.
De joodse liturgie is de brede categorie van activiteiten die joden ondernemen om God aan te roepen. Het omvat het reciteren, zingen of zingen van teksten; het gebruiken van rituele voorwerpen en het dragen van rituele kledingstukken; het uitvoeren van gechoreografeerde fysieke acties en gebaren; en het reciteren van zegeningen. Hoewel de joodse liturgie veel meer omvat dan alleen de teksten die worden gereciteerd, bieden de teksten zelf een waardevolle manier om te begrijpen waar het joodse gebed en aanbidding om draait.
De joodse liturgie kan worden onderverdeeld in drie hoofdcategorieën: gebeden, zegeningen en rituelen.
Gebeden worden dagelijks gereciteerd en hebben een specifieke structuur.
- Zegeningen worden bij bepaalde gelegenheden uitgesproken, bij het eten van iets, of bij het uitvoeren van een gebod zoals het aansteken van kaarsen vóór de sabbat.
- Rituelen zijn bijzondere activiteiten, zoals de Pesach-seder of het verlossen van het eerstgeboren kind (pidyon haben).
- De Joodse liturgie balanceert voortdurend de wisselwerking tussen het gebruik van vaste teksten (keva) en het creëren van een persoonlijk betekenisvolle, oprechte interactie met God die de intentie (kavana) weerspiegelt van degene die bidt.
Het Shema is een van de belangrijkste Joodse gebeden in de Joodse traditie en wordt twee keer per dag gereciteerd als een geloofsverklaring in Gods eenheid en als herinnering aan de centrale leringen van het Joodse geloof. Het wordt gevonden in de Thora, specifiek in het boek Deuteronomium (6:4-9), en wordt vaak beschouwd als het Joodse ‘geloofsbelijdenis’. Het gebed wordt traditioneel gereciteerd terwijl je staat en je ogen bedekt met je rechterhand.